De grote Nederlandse pensioenfondsen hopen na jaren de pensioenen eindelijk weer wat te kunnen verhogen. Hun financiële positie is afgelopen kwartaal behoorlijk verbeterd door het oplopen van de rente, ondanks dat er op de aandelenmarkten grote tegenwind was door de oorlog in Oekraïne.

Als de overheid zoals verwacht bepaalde regels voor de fondsen iets versoepelt, liggen hogere pensioenen voor miljoenen Nederlanders binnen handbereik.

De vraag bij een eventuele indexatie van de pensioenopbouw van deelnemers en de uitkeringen van gepensioneerden is uiteraard: hoeveel gaan het pensioen omhoog?

Normaal gesproken laten pensioenfondsen de opbouw en de uitkeringen meestijgen met de lonen of de inflatie, als hun financiële positie sterk genoeg is. De inflatie is dit jaar echter zeer hoog in Nederland en de vraag is of een pensioenverhoging voldoende zal zijn op de koopkracht van pensioen stabiel te houden in 2022.

Het Centraal Planbureau houdt voor dit jaar rekening met een inflatie van gemiddeld 5,2 procent. De pensioenen zouden dus minimaal evenveel moeten stijgen om de koopkracht van het werkgeverspensioen stabiel te houden.

Pensioenfondsen hopen pensioen te kunnen verhogen om koopkrachtverlies te beperken

Wat betreft de prestaties van pensioenfondsen in het eerste kwartaal van dit jaar legt bestuursvoorzitter Harmen van Wijnen van ambtenarenfonds ABP uit, dat de fondsen profiteren van de gestegen rente. Daardoor komen hun financiële verplichtingen volgens de rekenregels opeens stukken lager uit. Dit compenseert ruimschoots de verliezen waarmee de fondsen kampen door de Russische inval in Oekraïne.

ABP teerde in de voorbije periode namelijk wel circa 21 miljard euro in op zijn vermogen, vooral omdat bepaalde aandelen en obligaties in waarde zijn gezakt.

Belangrijke graadmeter voor de fondsen is hun beleidsdekkingsgraad. Bij ABP is deze opgelopen tot 106,5 procent. Dat betekent dat het grootste fonds van Nederland voor elke euro aan toekomstige pensioenverplichtingen bijna 1,07 euro in kas heeft. Volgens de huidige regels is dat nog niet voldoende om de pensioenen te mogen verhogen. Maar er ligt een voorstel in het parlement om de grens te verlagen naar 105 procent per 1 juli.

Metaalfonds PME scoort nu ruim 105 procent. Als het voorstel in Den Haag wordt aangenomen dan zou een verhoging van de pensioenen weer tot de mogelijkheden kunnen behoren. "Zodra het verantwoord kan, willen we niets liever dan de pensioenen verhogen. Nu kan dat nog niet, want we zitten precies op de grens waarbij we - als de nieuwe spelregels door de Tweede Kamer worden bekrachtigd - eventueel kunnen indexeren", vertelt Eric Uijen, de voorzitter van het uitvoerend bestuur van PME.

Zorgfonds PFZW en metaalfonds PMT staan er nog iets minder goed voor, met scores rond de 103 procent. Toch is de stemming daar ook optimistisch. "Onze dekkingsgraad is al in jaren niet zo hoog geweest. Met deze dekkingsgraad komt indexatie eindelijk in zicht", zegt PMT-werknemersvoorzitter Jos Brocken bijvoorbeeld.

Hij benadrukt dat een pensioenverhoging ook hard nodig is. Dit is bij zijn fonds al sinds 2008 niet meer gebeurd. Bovendien loopt de inflatie de laatste tijd hard op. "We zien dat de boodschappen steeds duurder worden en de energieprijzen stijgen. Dit alles bij elkaar raakt onze deelnemers, van wie de pensioenen boven op de AOW vaak niet meer dan 600 euro per maand zijn, hard in de portemonnee."

LEES OOK: Vergeet de inflatie niet als je zelf pensioen opbouwt: zoveel extra moet je inleggen als je jezelf ‘waardevast’ €1.000 of €2.000 per maand wilt uitkeren bovenop de AOW